voorvoor. bagi. bakal. bertentang. bertentang dengan. depan. di depan. di muka. muka. untuk. Lihat juga. voor voor altijd voor anker gaan voor de dag brengen voor de dag komen voor deVoor Oostenrijk is dat toch 5 miljard schilling voor de komende zeven jaar. At any rate, for Austria this amounts to ATS 5 billion over the next seven years. voor (also: ervoor , eerder dan )